Dimitri Roden

Dimitri Roden (°1982) studied modern history at KU Leuven (2004) and then completed an academic training in teaching (2005). In 2015, he obtained a doctorate in history (UGent) and a doctorate in social and military sciences (Royal Military Academy) for a dissertation on the German repression in occupied Belgium (1940-1944). He worked as historian/conservator at the National Memorial of Breendonk, was a scientific collaborator at the Royal Military Museum/War Heritage Institute and did postdoctoral research at the Royal Military Academy on collaboration, repression and military justice (BRAIN projects Postwarex and Collint).
As a work director at the National Archives and lecturer and postdoctoral researcher at UGent, he has been in charge of the implementation of the FED-Twin project People@War at CegeSoma since February 2024.

Publications:

  • With Elise Reszöhasy, Stanislas Horvat and Dirk Luyten, De laatste 242. De terechtstelling van collaborateurs na de Tweede Wereldoorlog, Lannoo, 2023.
  • With Mark Van den Wijngaert, Patrick Nefors, Tine Jorissen and Olivier Van der Wilt, Beulen van Breendonk. Schuld en Boete, Davidsfonds, 2019.
  • ‘Het recht van de sterkste. De Duitse repressie van het verzet’, in: Oorlog, bezetting, bevrijding. België 1940-1945, Lannoo, 2019.
  • Ondankbaar België. De Duitse repressie in de Tweede Wereldoorlog, Amsterdam University Press, 2018.
  • ‘1944. Wehrmachtoberpfarrer Otto Gramann en de executie van verzetslui in bezet België’, in: Een wereldgeschiedenis van Vlaanderen, Polis, 2018.
  • ‘Het Duits gerechtelijk beleid in bezet België (1940-1944)’, in: Bronnen en onderzoeksperspectieven in verband met het militair gerecht, Algemeen Rijksarchief, 2016, pp. 197-212.
  • With Mark Van den Wijngaert and Tine Jorissen, Auffanglager Breendonk 1940-1944. De gevangenen van Breendonk. Gedenkboek, Breendonk Memorial, 2012.
  • ‘Van aanhouding tot strafuitvoering. De werking van het Duitse gerechtelijke apparaat in bezet België en Noord-Frankrijk 1940-1944’, in: Bijdragen tot de Eigentijdse Geschiedenis 23, 2010, pp. 113-160.